Ieder jaar opnieuw
overkomt het mij in maart;
wanneer de oude Winter buigt
en de loden hemel klaart
Wanneer de blanke bomen bloeien
in het amber van de ochtendlucht
en hun kleine knoppen zwellen
treft mij koortsig weer de lentezucht!
Mijn ziel wordt overweldigd
en heel mijn lijf bevloeid
Ik kan alleen nog denken aan
’t schoon dat aan de takken groeit
Mijn gedachten zeilen langzaam weg
naar tempeltjes in oude tuinen
lantaarns in gekleurd papier
bloemen aan de kale kruinen
en meisjes op antiek damast
in kimono’s, met parasollen
vol levenslust of lethargie
die lieflijk met hun schilder dollen
De waanzin van het wonder
nestelt zich dan in mijn bloed
dat overkookt van lentekoorts
en mij driftig dromen doet:
van Gogh huist in de achterhof
Breitner schildert Geesje rood
Debussy speelt een sonate
de altviool zijn laatste noot
die mij met zachte zucht vervoert
naar een plekje in de maneschijn
waar de kersenbloesems stilletjes
hun geheimen aan het fluisteren zijn…
Dank u.
LikeLike