Een korte wandeling door het Patershol. Hier, in een van deze kleine huisjes, leerde Frans Masereel etsen bij de non-conformistische kunstenaar Jules De Bruycker, en werd hij door zijn leermeester verschillende keren mooi geportretteerd. Het kost mij geen moeite om hun schimmen door een van de beloken vensterraampjes te zien…Masereel volgde tekenlessen, typografie en boekdrukkunst in Gent. In 1908 ontsnapt hij aan de dienstplicht door zich vrij te loten, en vlucht met zijn vrouw naar Parijs. Na een periode van patriotisme en nationalisme komt Masereel tot nieuwe inzichten en verhuist hij naar Zwitserland, waar hij verschillende rotbaantjes aanneemt om te overleven. Langzamerhand ontpopt hij zich echter tot dé illustrator van pacifistische bladen. Zijn tekeningen worden striemende aanklachten tegen de vele oorlogsslachtoffers en het ongebreidelde geweld tegen onschuldige mensen. De hunkering naar vrijheid van het individu, en de aanklacht tegen uitbuiting en onderdrukking van de gewone man zijn thema’s die hem nooit meer zullen loslaten. Er volgt een reeks symbolistische beeldromans waarin hij telkens opnieuw de sociale wantoestanden van die tijd aan de kaak stelt. In 1920 publiceert Masereel mijn favoriete beeldroman, L’Idée; een ode aan de vrije gedachte die zich op geen enkele manier laat knechten. De Idee wordt uitgebeeld als een naakte vrouw (de naakte waarheid) die achtervolgd wordt door de politie, de kerk, de burgerij en het gerecht, maar overleeft en de heksenjacht overwint. Masereel wordt uiteindelijk een gevierd kunstenaar die samenwerkt met o.a. Oscar Wilde, Ernest Hemingway, Victor Hugo, Emile Zola, Tolstoj en Maurice Maeterlinck.”Wanneer alles ten gronde zou gaan; alle boeken, monumenten, foto’s en verslagen, en slechts de houtsneden van Masereel bleven gespaard, dan zou men alleen daaruit onze hele hedendaagse wereld kunnen reconstrueren”, zei Stefan Zweig over het werk van zijn goede vriend die (wat mij betreft) nog steeds actueel is…